
Onze allerliefste trouwe Milo
Milo (een Australian labradoodle) maakt nu ruim anderhalf jaar deel uit van ons gezin. Dat hij er is gekomen heeft heel wat voeten in aarde gehad. Vroeger was ik bang voor honden. Mijn opa had twee grote, zwarte Dobermann honden. Als ze kwamen logeren, waren de honden natuurlijk ook van de partij. Dan had ik het hele weekend buikpijn en durfde ik niet alleen beneden te zijn. Zo spannend vond ik het. Ze snuffelden de hele dag aan ons en luisterden alleen als mijn opa met een barse stem een commando gaf. Ik vond het enge honden en kon me niet voorstellen dat iemand ervoor zou kiezen ze voor de lol in huis te nemen. Eenmaal volwassen was ik gelukkig niet meer bang, maar mijn favoriet waren ze nog steeds niet. Onze kinderen (en later Matthijs ook) wilden al een heel lang graag een hond. Ik zeker niet! Ik zag de bui al hangen dat ik uiteindelijk vooral zou opdraaien voor het uitlaten.
Toen kwam ik erachter wat een hond kan betekenen voor kinderen (en volwassenen) en hoe deze ingezet kan worden tijdens coaching. Heel bijzonder. Ik groeide er steeds meer naartoe en uiteindelijk ging ik toch overstag…Van tevoren vond ik het best spannend. Waar beginnen we aan? Hoe zal het gaan? Hoe vind ik het om de hele dag steeds iemand om me heen te hebben? En toen kwam Milo… Een kleine, lieve, schattige pup met een hoge aaifactor. Het was de eerste maanden alsof we weer een baby in huis hadden. We waren druk met zindelijk maken, opvoeden, spelen, uitlaten, opletten, knuffelen, borstelen en consequent zijn. Als gezin op dezelfde lijn komen qua opvoeding, was ook nog een hele klus! En daarna kwamen de puberteit en hormonen om de hoek kijken. Vorig jaar heeft hij in een onbewaakt ogenblik een paar van m’n zelf gekweekte paprikaplantjes opgevreten. Een van de plinten in de woonkamer helemaal afgeknaagd. Een stinkende, dode vogel in z’n bek die hij niet meer af wilde staan. En nog wel meer gekke pup en puberstreken die ik ondertussen gelukkig alweer vergeten ben. Soms dacht ik: Waar zijn we eigenlijk aan begonnen? Ik ging op veel momenten echt uit mijn comfortzone.
Toch zit Milo vanaf dag 1 compleet in mijn hart. Ik ben nog steeds helemaal gek op hem. Hij houdt van iedereen in ons gezin, gewoon zoals we zijn. Hij heeft nooit een oordeel en is altijd enthousiast als er iemand thuis komt. Hij houdt niet van ruzie en gaat er dan meteen tussen in staan. Hij zorgt ervoor dat ik elke dag buiten ben en beweeg. Milo voelt het aan als iemand verdrietig is of het moeilijk heeft. Dan gaat hij naast je zitten en legt hij z’n kop op je knie. En wordt er veel geknuffeld. Milo spiegelt vaak het gevoel en gedrag wat hij ziet. Af en toe ook best behoorlijk irritant als je zelf even chagrijnig bent. Tegelijk ook zo bijzonder dat een dier dit gewoon kan. Hem aaien vermindert stress en werkt rustgevend. Er komt dan een stofje vrij: Het gelukshormoon Oxytocine. Ik heb gemerkt dat dit niet zomaar een verhaaltje is, het gebeurt echt! Bijzonder hoe belangrijk hij is voor ons gezin. Milo gaat in de toekomst vast voor nog meer kinderen iets betekenen. We willen deze allerliefste, grappige, gevoelige, gekke, enthousiaste, trouwe huisgenoot voor geen goud meer kwijt!